Nederlands

Uitgebreide vertaling voor boeiend (Nederlands) in het Zweeds

boeiend:

boeiend bijvoeglijk naamwoord

  1. boeiend (aangrijpend; pakkend)
    spännande; upphetsande
  2. boeiend (fascinerend; integrerend)
    fascinerande; hänförande; fängslandet; betagandet; betagande; hänförandet
  3. boeiend (sensationeel; spannend; adembenemend; )
    spännande; rörande; sensationellt

Vertaal Matrix voor boeiend:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rörande aanraken
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
betagande boeiend; fascinerend; integrerend boeiende; fascinerende; meeslepend; zeer boeiend
betagandet boeiend; fascinerend; integrerend
fascinerande boeiend; fascinerend; integrerend boeiende; fascinerende
fängslandet boeiend; fascinerend; integrerend intrigerend
hänförande boeiend; fascinerend; integrerend hartverheffend
hänförandet boeiend; fascinerend; integrerend hartverheffend
rörande adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend
sensationellt adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aandachttrekkend
spännande aangrijpend; adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend
upphetsande aangrijpend; boeiend; pakkend opwindend; pikant; sexy; spannende; zinderende

Verwante woorden van "boeiend":

  • boeiender, boeiendere, boeiendst, boeiendste

Synoniemen voor "boeiend":


Antoniemen van "boeiend":


Verwante definities voor "boeiend":

  1. wat je aandacht in beslag neemt1
    • ik vind dat boek erg boeiend1

Wiktionary: boeiend


Cross Translation:
FromToVia
boeiend intressant interessant — Interesse beanspruchend/weckend
boeiend intressant interessantkaufmannssprachlich: Erfolg versprechend
boeiend fängslande; spännande packendanhaltendes Interesse durch positive Emotionen erzeugend
boeiend spännande spannend — ein (meist) angenehmes Gefühl des Grusels oder der gebannten Faszination erzeugend
boeiend och; än sen so what — reply of indifference

boeien:

boeien werkwoord (boei, boeit, boeide, boeiden, geboeid)

  1. boeien (fascineren; intrigeren)
    fängsla; fascinera
    • fängsla werkwoord (fängslar, fängslade, fängslat)
    • fascinera werkwoord (fascinerar, fascinerade, fascinerat)
  2. boeien (ketenen; binden; kluisteren)
    kedja; kedja fast
    • kedja werkwoord (kedjar, kedjade, kedjat)
    • kedja fast werkwoord (kedjar fast, kedjade fast, kedjat fast)
  3. boeien (aandacht vasthouden; gekluisterd zitten)
    hålla uppmärksam
    • hålla uppmärksam werkwoord (håller uppmärksam, höll uppmärksam, hållit uppmärksam)

Conjugations for boeien:

o.t.t.
  1. boei
  2. boeit
  3. boeit
  4. boeien
  5. boeien
  6. boeien
o.v.t.
  1. boeide
  2. boeide
  3. boeide
  4. boeiden
  5. boeiden
  6. boeiden
v.t.t.
  1. heb geboeid
  2. hebt geboeid
  3. heeft geboeid
  4. hebben geboeid
  5. hebben geboeid
  6. hebben geboeid
v.v.t.
  1. had geboeid
  2. had geboeid
  3. had geboeid
  4. hadden geboeid
  5. hadden geboeid
  6. hadden geboeid
o.t.t.t.
  1. zal boeien
  2. zult boeien
  3. zal boeien
  4. zullen boeien
  5. zullen boeien
  6. zullen boeien
o.v.t.t.
  1. zou boeien
  2. zou boeien
  3. zou boeien
  4. zouden boeien
  5. zouden boeien
  6. zouden boeien
en verder
  1. ben geboeid
  2. bent geboeid
  3. is geboeid
  4. zijn geboeid
  5. zijn geboeid
  6. zijn geboeid
diversen
  1. boei!
  2. boeit!
  3. geboeid
  4. boeiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

boeien [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de boeien (handboeien; handijzers)
    handklovar; handbojor

Vertaal Matrix voor boeien:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
handbojor boeien; handboeien; handijzers handboei; handboeien
handklovar boeien; handboeien; handijzers handboeien; ketenen; kluisters; knevels
kedja aaneengeschakelde ringen om iemand mee vast te binden; aaneenschakeling; boei; keten; ketting; kluister; reeks; rij; samentrekking; samenvoeging; serie; snoer
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fascinera boeien; fascineren; intrigeren bekoren; bevallen
fängsla boeien; fascineren; intrigeren achter de tralies zetten; opsluiten
hålla uppmärksam aandacht vasthouden; boeien; gekluisterd zitten
kedja binden; boeien; ketenen; kluisteren
kedja fast binden; boeien; ketenen; kluisteren handboeien omdoen; in de boeien slaan; ketenen; vastketenen; vastkluisteren; vastleggen

Verwante woorden van "boeien":


Wiktionary: boeien


Cross Translation:
FromToVia
boeien fotboja fetter — object used to bind a person or animal by its legs
boeien fascinera faszinieren — fesselnde Wirkung haben
boeien fjättra; fängsla fesseln — jemanden (an etwas) festbinden und damit bewegungsunfähig machen
boeien fängsla fesseln — jemanden stark beeindrucken, für sich einnehmen

Verwante vertalingen van boeiend