Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Zweeds ->Vertaal bezonnenheid

Vertaal bezonnenheid van Nederlands naar Zweeds

Overzicht

Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...

bezonnenheid:
- försiktighet; vaktsamhet
bezonnen:
- försiktig; försiktigt; betänksamt

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bezonnenheid (Nederlands) in het Zweeds

bezonnenheid:

bezonnenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

de bezonnenheid (behoedzaamheid; bedachtzaamheid)
försiktighet; vaktsamhet
- försiktighet [-en] zelfstandig naamwoord
- vaktsamhet zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bezonnenheid:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
försiktighet	bedachtzaamheid; behoedzaamheid; bezonnenheid	met beleid; omzichtigheid; voorzichtigheid; waakzaamheid; zorgvuldigheid
vaktsamhet	bedachtzaamheid; behoedzaamheid; bezonnenheid

Verwante woorden van "bezonnenheid":

bezonnen

bezonnenheid vorm van bezonnen:

bezonnen bijvoeglijk naamwoord

bezonnen (behoedzaam; bedachtzaam; omzichtig)
försiktig; försiktigt; betänksamt
- försiktig bijvoeglijk naamwoord
- försiktigt bijvoeglijk naamwoord
- betänksamt bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor bezonnen:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
betänksamt	bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; omzichtig
försiktig	bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; omzichtig	met zorg; preuts; zorgvuldig
försiktigt	bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; omzichtig	alert; clement; goedhartig; hoede; mak; mild; paraat; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend; welwillend; zacht; zachtaardig; zorgvuldig

Verwante woorden van "bezonnen":

bezonnenheid