Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bevlieging:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bevlieging (Nederlands) in het Zweeds

bevlieging:

bevlieging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de bevlieging (opwelling; vlaag; aanval)
    infall
    • infall [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bevlieging:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
infall aanval; bevlieging; opwelling; vlaag bui; gril; impuls; kuur; luim; nuk; opwelling; prikkel

Verwante woorden van "bevlieging":

  • bevliegingen

Wiktionary: bevlieging


Cross Translation:
FromToVia
bevlieging förälskelse crush — a short-lived and unrequited love or infatuation

Computer vertaling door derden: