Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. betwist:
  2. betwisten:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor betwist (Nederlands) in het Zweeds

betwist:

betwist bijvoeglijk naamwoord

  1. betwist (bedenkelijk; omstreden; twijfelachtig; )
    bestridd; betänklig

Vertaal Matrix voor betwist:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bestridd bedenkelijk; betwist; dubieus; kwestieus; omstreden; twijfelachtig; verdacht
betänklig bedenkelijk; betwist; dubieus; kwestieus; omstreden; twijfelachtig; verdacht behoorlijk; nogal; redelijk; tamelijk

Verwante woorden van "betwist":

  • betwiste

betwisten:

betwisten werkwoord (betwist, betwistte, betwistten, betwist)

  1. betwisten (aanvechten; bestrijden)
    strida; bestrida; tävla; bekämpa
    • strida werkwoord (strider, stred, stridit)
    • bestrida werkwoord (bestrider, bestred, bestridit)
    • tävla werkwoord (tävlar, tävlade, tävlat)
    • bekämpa werkwoord (bekämper, bekämpte, bekämpt)

Conjugations for betwisten:

o.t.t.
  1. betwist
  2. betwist
  3. betwist
  4. betwisten
  5. betwisten
  6. betwisten
o.v.t.
  1. betwistte
  2. betwistte
  3. betwistte
  4. betwistten
  5. betwistten
  6. betwistten
v.t.t.
  1. heb betwist
  2. hebt betwist
  3. heeft betwist
  4. hebben betwist
  5. hebben betwist
  6. hebben betwist
v.v.t.
  1. had betwist
  2. had betwist
  3. had betwist
  4. hadden betwist
  5. hadden betwist
  6. hadden betwist
o.t.t.t.
  1. zal betwisten
  2. zult betwisten
  3. zal betwisten
  4. zullen betwisten
  5. zullen betwisten
  6. zullen betwisten
o.v.t.t.
  1. zou betwisten
  2. zou betwisten
  3. zou betwisten
  4. zouden betwisten
  5. zouden betwisten
  6. zouden betwisten
diversen
  1. betwist!
  2. betwist!
  3. betwist
  4. betwistend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

betwisten [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. betwisten (aanvechten; bestrijden)
    dispyt; strid
    • dispyt [-en] zelfstandig naamwoord
    • strid [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor betwisten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dispyt aanvechten; bestrijden; betwisten debat; dispuut; geargumenteer; geredeneer; geschil; onenigheid; redestrijd; redetwist; ruzie; twist; twistgesprek; woordenstrijd; woordenwisseling
strid aanvechten; bestrijden; betwisten gevecht; geworstel; handgemeen; kamp; kloppartij; knokpartij; matpartij; slag; strijd; strijden; vechtpartij; veldslag; worsteling
strida geschil; kwestie; ruzie; twist
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bekämpa aanvechten; bestrijden; betwisten bekampen; bestrijden; bevechten; kleunen; opboksen; strijden tegen; vechten tegen
bestrida aanvechten; bestrijden; betwisten bekampen; bestrijden; bevechten; logenstraffen; loochenen; verloochenen; verzaken
strida aanvechten; bestrijden; betwisten knokken; matten; strijden; vechten
tävla aanvechten; bestrijden; betwisten

Wiktionary: betwisten


Cross Translation:
FromToVia
betwisten jäva; ifrågasätta impugn — question the validity of
betwisten bestrida; förneka contester — Mettre en discussion ce que quelqu’un revendique.