Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. beschutten:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor beschutten (Nederlands) in het Zweeds

beschutten:

beschutten werkwoord (beschut, beschutte, beschutten, beschut)

  1. beschutten (bescherming bieden; beschermen)
    bevara; skydda; vakta
    • bevara werkwoord (bevarar, bevarade, bevarat)
    • skydda werkwoord (skyddar, skyddade, skyddat)
    • vakta werkwoord (vaktar, vaktade, vaktat)
  2. beschutten (beschermen; in bescherming nemen; verdedigen)
    vakta; skydda; beskydda
    • vakta werkwoord (vaktar, vaktade, vaktat)
    • skydda werkwoord (skyddar, skyddade, skyddat)
    • beskydda werkwoord (beskyddar, beskyddade, beskyddat)
  3. beschutten (afdekken; afschermen; beschermen; afschutten)
    täcka; skydda
    • täcka werkwoord (täcker, täckte, täckt)
    • skydda werkwoord (skyddar, skyddade, skyddat)

Conjugations for beschutten:

o.t.t.
  1. beschut
  2. beschut
  3. beschut
  4. beschutten
  5. beschutten
  6. beschutten
o.v.t.
  1. beschutte
  2. beschutte
  3. beschutte
  4. beschutten
  5. beschutten
  6. beschutten
v.t.t.
  1. heb beschut
  2. hebt beschut
  3. heeft beschut
  4. hebben beschut
  5. hebben beschut
  6. hebben beschut
v.v.t.
  1. had beschut
  2. had beschut
  3. had beschut
  4. hadden beschut
  5. hadden beschut
  6. hadden beschut
o.t.t.t.
  1. zal beschutten
  2. zult beschutten
  3. zal beschutten
  4. zullen beschutten
  5. zullen beschutten
  6. zullen beschutten
o.v.t.t.
  1. zou beschutten
  2. zou beschutten
  3. zou beschutten
  4. zouden beschutten
  5. zouden beschutten
  6. zouden beschutten
diversen
  1. beschut!
  2. beschut!
  3. beschut
  4. beschuttend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor beschutten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beskydda beschermen; beschutten; in bescherming nemen; verdedigen behoeden; behouden; beschermen; in bescherming nemen; protegeren
bevara beschermen; bescherming bieden; beschutten behouden; bewaren; conserveren; deponeren; instandhouden; opslaan; verduurzamen
skydda afdekken; afschermen; afschutten; beschermen; bescherming bieden; beschutten; in bescherming nemen; verdedigen behoeden; behouden; beschermen; beveiligen; in bescherming nemen; schuilen; toevluchten; uitwijken; wegkruipen
täcka afdekken; afschermen; afschutten; beschermen; beschutten bekleden; bestraten; dekken; indekken; kaften; overdekken; overkappen; overtrekken; overwelven; plaveien; stofferen; van bekleding voorzien
vakta beschermen; bescherming bieden; beschutten; in bescherming nemen; verdedigen behoeden; behouden; beschermen; in bescherming nemen; waken; waken over
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
täcka bedekken; met iets bestrijken
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
täcka overdekt

Wiktionary: beschutten


Cross Translation:
FromToVia
beschutten skydda abriter — mettre à l'abri