Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor berustend (Nederlands) in het Zweeds

berustend:


berusten:

berusten werkwoord (berust, berustte, berustten, berust)

  1. berusten (gebaseerd zijn)
    vara baserad på; vila på; baseras på
    • vara baserad på werkwoord (är baserad på, var baserad på, varit baserad på)
    • vila på werkwoord (vilar på, vilade på, vilat på)
    • baseras på werkwoord (baseras på, baserades på, baserats på)
  2. berusten (zich erbij neerleggen)
    låta nöja sig med; vila med
    • låta nöja sig med werkwoord (låter nöja sig med, låt nöja sig med, låtit nöja sig med)
    • vila med werkwoord (vilar med, vilade med, vilat med)

Conjugations for berusten:

o.t.t.
  1. berust
  2. berust
  3. berust
  4. berusten
  5. berusten
  6. berusten
o.v.t.
  1. berustte
  2. berustte
  3. berustte
  4. berustten
  5. berustten
  6. berustten
v.t.t.
  1. heb berust
  2. hebt berust
  3. heeft berust
  4. hebben berust
  5. hebben berust
  6. hebben berust
v.v.t.
  1. had berust
  2. had berust
  3. had berust
  4. hadden berust
  5. hadden berust
  6. hadden berust
o.t.t.t.
  1. zal berusten
  2. zult berusten
  3. zal berusten
  4. zullen berusten
  5. zullen berusten
  6. zullen berusten
o.v.t.t.
  1. zou berusten
  2. zou berusten
  3. zou berusten
  4. zouden berusten
  5. zouden berusten
  6. zouden berusten
diversen
  1. berust!
  2. berust!
  3. berust
  4. berustend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor berusten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
baseras på berusten; gebaseerd zijn stoelen op; ten grondslag liggen
låta nöja sig med berusten; zich erbij neerleggen
vara baserad på berusten; gebaseerd zijn
vila med berusten; zich erbij neerleggen
vila på berusten; gebaseerd zijn steunen op