Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. beetje:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor beetje (Nederlands) in het Zweeds

beetje:

beetje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het beetje
    lite; smula
    • lite zelfstandig naamwoord
    • smula [-en] zelfstandig naamwoord
  2. het beetje (kleinigheid)
    en liten bit

beetje bijvoeglijk naamwoord

  1. beetje
    en liten bit; svag

Vertaal Matrix voor beetje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
en liten bit beetje; kleinigheid klein beetje; rijtoertje; zweem; zweempje
lite beetje
smula beetje kleinigheid; kruim; kruimel; kruimeltje; plakje; schijfje; snuisterij; zier
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- enigszins
PronounVerwante vertalingenAndere vertalingen
- iets; wat
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
lite weinig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
en liten bit beetje
lite lichtelijk
svag beetje bleek; bleek van gelaatskleur; flauw; flets; kleurloos; krachteloos; lichtelijk; niet helder; onduidelijk; schemerig; schimmig; slap; vaag; verschoten; week; wit; zwak

Verwante woorden van "beetje":

  • beetjes

Synoniemen voor "beetje":


Antoniemen van "beetje":


Verwante definities voor "beetje":

  1. een kleine hoeveelheid1
    • heb je een beetje melk voor me?1
  2. niet veel, niet zo erg1
    • ik ben een beetje moe1

Wiktionary: beetje


Cross Translation:
FromToVia
beetje lite; lite grann; litet; en smula; lite grand; litegrann a little — to a small extent or degree
beetje bit bit — small amount of something

Verwante vertalingen van beetje