Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bedrinken:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bedrinken (Nederlands) in het Zweeds

bedrinken:

bedrinken werkwoord (bedrink, bedrinkt, bedronk, bedronken, bedronken)

  1. bedrinken
    supa sig full; berusa sig
    • supa sig full werkwoord (super sig full, söp sig full, supit sig full)
    • berusa sig werkwoord (berusar sig, berusade sig, berusat sig)

Conjugations for bedrinken:

o.t.t.
  1. bedrink
  2. bedrinkt
  3. bedrinkt
  4. bedrinken
  5. bedrinken
  6. bedrinken
o.v.t.
  1. bedronk
  2. bedronk
  3. bedronk
  4. bedronken
  5. bedronken
  6. bedronken
v.t.t.
  1. heb bedronken
  2. hebt bedronken
  3. heeft bedronken
  4. hebben bedronken
  5. hebben bedronken
  6. hebben bedronken
v.v.t.
  1. had bedronken
  2. had bedronken
  3. had bedronken
  4. hadden bedronken
  5. hadden bedronken
  6. hadden bedronken
o.t.t.t.
  1. zal bedrinken
  2. zult bedrinken
  3. zal bedrinken
  4. zullen bedrinken
  5. zullen bedrinken
  6. zullen bedrinken
o.v.t.t.
  1. zou bedrinken
  2. zou bedrinken
  3. zou bedrinken
  4. zouden bedrinken
  5. zouden bedrinken
  6. zouden bedrinken
diversen
  1. bedrink!
  2. bedrinkt!
  3. bedronken
  4. bedrinkende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor bedrinken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
berusa sig bedrinken
supa sig full bedrinken