Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. banktegoed:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor banktegoed (Nederlands) in het Zweeds

banktegoed:

banktegoed [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het banktegoed
    bokslut; balans; saldo; behållning
    • bokslut [-ett] zelfstandig naamwoord
    • balans [-en] zelfstandig naamwoord
    • saldo [-ett] zelfstandig naamwoord
    • behållning [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor banktegoed:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
balans banktegoed activa; balans; baten; bezit; evenwicht; evenwichtigheid; harmonie; inkomstenoverzicht; resultatenrekening; saldo; tegoed; winst- en verliesrekening
behållning banktegoed activa; baten; bezit; oogst; opbrengst; product; rendement; tegoed; uitkomst; voortbrengsel; winstsaldo
bokslut banktegoed activa; baten; bezit; financieel overzicht; jaarafschrift; saldo; sluiting van de rekeningen; tegoed
saldo banktegoed activa; baten; batig saldo; bezit; saldo; tegoed; winstsaldo

Verwante woorden van "banktegoed":

  • banktegoeden