Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor afrekening (Nederlands) in het Zweeds

afrekening:

afrekening [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de afrekening
    räkning; beräkning
  2. de afrekening (afrekening in het criminele circuit)
    redovisning; betalning
  3. de afrekening (afrekenen; verrekening; vereffening)
    uppgörelse
  4. de afrekening (verrekening; vereffening)
    avbetalning; skuld avlösning

Vertaal Matrix voor afrekening:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avbetalning afrekening; vereffening; verrekening afbetalen; afbetaling; aflossen; betalen; dokken; voldoen
beräkning afrekening becijfering; berekening; calculatie; geslepenheid; gewiekstheid; inschatting
betalning afrekening; afrekening in het criminele circuit arbeidsloon; betalen; betaling; bezoldiging; dokken; gage; genoegdoening; honorarium; inkomen; inkomen uit onderneming; loon; nettolading; salaris; soldij; traktement; uitbetaling; verdienste; voldoen; volstorten; volstorting; wedde
redovisning afrekening; afrekening in het criminele circuit boekhouding; grootboek; rekenschap
räkning afrekening gelag; kerfstokken; snavel; telling; vogelbek
skuld avlösning afrekening; vereffening; verrekening
uppgörelse afrekenen; afrekening; vereffening; verrekening afrekenen; akkoord; beslechting; bijlegging; genoegdoening; regeling; schikking; vereffenen; vereffening; vergelijk

Verwante vertalingen van afrekening