Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. afdruksel:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor afdruksel (Nederlands) in het Zweeds

afdruksel:

afdruksel [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het afdruksel
    trycka
    • trycka [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor afdruksel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
trycka afdruksel
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
trycka aandrukken; bedrukken; boekdrukken; opdrukken; oppersen; overdrukken; persen; prenten; printen; vastdrukken