Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. aanvoerders:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aanvoerders (Nederlands) in het Zweeds

aanvoerders:

aanvoerders [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de aanvoerders (voormannen; leiders; hoofdmannen; kopmannen)
    förmän

Vertaal Matrix voor aanvoerders:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förmän aanvoerders; hoofdmannen; kopmannen; leiders; voormannen