Overzicht
Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...
- aanstekelijkheid:
- aanstekelijk:
-
Wiktionary:
- aanstekelijk → smittsam
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor aanstekelijkheid (Nederlands) in het Zweeds
aanstekelijkheid:
-
de aanstekelijkheid
Vertaal Matrix voor aanstekelijkheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
smitta | aanstekelijkheid | infectie; ontsteking |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
smitta | aansteken; besmetten |
Verwante woorden van "aanstekelijkheid":
aanstekelijk:
-
aanstekelijk (besmettelijk)
överförbar; smittsam; smittsamt; överförbart-
överförbar bijvoeglijk naamwoord
-
smittsam bijvoeglijk naamwoord
-
smittsamt bijvoeglijk naamwoord
-
överförbart bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor aanstekelijk:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
smittsam | aanstekelijk; besmettelijk | infectueus |
smittsamt | aanstekelijk; besmettelijk | |
överförbar | aanstekelijk; besmettelijk | infectueus |
överförbart | aanstekelijk; besmettelijk |
Verwante woorden van "aanstekelijk":
Wiktionary: aanstekelijk
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• aanstekelijk | → smittsam | ↔ contagious — of a disease, easily transmitted to others |
• aanstekelijk | → smittsam | ↔ contagious — of a fashion, laughter, etc, easily passed on to others |