Overzicht
Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...
- aangeplakt:
- aanplakken:
-
Wiktionary:
- aanplakken → limma, affischera
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor aangeplakt (Nederlands) in het Zweeds
aangeplakt:
-
aangeplakt
uppklistrat; fastklistrad; fastklistrat-
uppklistrat bijvoeglijk naamwoord
-
fastklistrad bijvoeglijk naamwoord
-
fastklistrat bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor aangeplakt:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
fastklistrad | blijven steken; haperen | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
fastklistrad | aangeplakt | |
fastklistrat | aangeplakt | |
uppklistrat | aangeplakt |
aanplakken:
-
aanplakken (vastplakken)
klistra ihop-
klistra ihop zelfstandig naamwoord
-
Vertaal Matrix voor aanplakken:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
klistra ihop | aanplakken; vastplakken | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
klistra ihop | aan elkaar plakken; aaneen plakken; aaneenplakken; klitten; plakken; vastlijmen |
Wiktionary: aanplakken
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• aanplakken | → limma | ↔ coller — joindre et faire tenir deux choses ensemble avec de la colle. |
• aanplakken | → affischera | ↔ placarder — mettre, afficher un placard. |