Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. objectief:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor objectief (Nederlands) in het Zweeds

objectief:

objectief bijvoeglijk naamwoord

  1. objectief (onpartijdig)
    oberoende; objektivt; opartisk; neutralt; opartiskt

Vertaal Matrix voor objectief:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
oberoende onafhankelijkheid; zelfstandigheid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
neutralt objectief; onpartijdig neutraal; onzijdig
oberoende objectief; onpartijdig zelfstandig
objektivt objectief; onpartijdig
opartisk objectief; onpartijdig
opartiskt objectief; onpartijdig

Wiktionary: objectief


Cross Translation:
FromToVia
objectief mål goal — result one is attempting to achieve
objectief objektiv objektiv — nicht von persönlichen Gefühlen oder Meinungen bestimmt