Nederlands
Uitgebreide vertaling voor meester (Nederlands) in het Zweeds
meester:
-
de meester (baas; superieur; meerdere; patroon)
-
de meester (meester in de rechten; jurist)
-
de meester (gebieder; bevelhebber; baas; beheerser)
kommandant-
kommandant zelfstandig naamwoord
-
-
de meester (maestro)
-
de meester (gildenmeester; deken van een gilde)
gille mästare-
gille mästare zelfstandig naamwoord
-
-
de meester (machinist; treinbestuurder)
-
de meester (schoolmeester; leraar; pedant; leerkracht; onderwijzer)
-
de meester (leraar op basisschool; leraar; pedant; leerkracht; onderwijzer; schoolmeester)
Vertaal Matrix voor meester:
Verwante woorden van "meester":
Verwante definities voor "meester":
Wiktionary: meester
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • meester | → mästare | ↔ master — expert at something |
| • meester | → herre | ↔ Herr — jemand, der eine fast vollständige Kontrolle über Dinge oder Personen hat (früher insbesondere ein Adliger) |
| • meester | → mästare | ↔ Meister — gewerblich-technische Berufe: Meister seines Fachs, der seinerseits einen angehenden Gesellen oder Facharbeiter ausbilden darf |
| • meester | → herre | ↔ Meister — Herr über einen Untergebenen, Besitzer eines Leibeigenen |
| • meester | → mästare | ↔ Meister — Bezeichnung und Anrede für eine Person mit besonderen Fähigkeiten |
| • meester | → lektor; lärare | ↔ instituteur — Enseignant d’école primaire. |