Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. grammatica:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor grammatica (Nederlands) in het Zweeds

grammatica:

grammatica [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de grammatica (spraakleer; spraakkunst)
    grammatik; språklära

Vertaal Matrix voor grammatica:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grammatik grammatica; spraakkunst; spraakleer taalboek
språklära grammatica; spraakkunst; spraakleer

Wiktionary: grammatica

grammatica
noun
  1. een systeem van regels en principes voor het schrijven en spreken van een taal.

Cross Translation:
FromToVia
grammatica grammatik grammar — rules for speaking and writing a language
grammatica grammatik Grammatik — das Regelsystem einer Sprache
grammatica grammatik; grammatika; språklära grammaire — Règle d’une langue