Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. verplicht:
  2. verplichten:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verplicht (Nederlands) in het Zweeds

verplicht:

verplicht bijvoeglijk naamwoord

  1. verplicht (obligaat; obligatoir; vereist)
    obligatoriskt; tvungen; tvunget
  2. verplicht (onvrijwillig; gedwongen; geforceerd)
    förpliktat; tvunget; tvungen; ofrivilligt; tvångsmässig; tvångsmässigt

Vertaal Matrix voor verplicht:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förpliktat gedwongen; geforceerd; onvrijwillig; verplicht aansprakelijk; gehouden; verantwoordelijk
obligatoriskt obligaat; obligatoir; vereist; verplicht reglementair
ofrivilligt gedwongen; geforceerd; onvrijwillig; verplicht onbewust; onopzettelijk
tvungen gedwongen; geforceerd; obligaat; obligatoir; onvrijwillig; vereist; verplicht
tvunget gedwongen; geforceerd; obligaat; obligatoir; onvrijwillig; vereist; verplicht gebonden; niet vrij
tvångsmässig gedwongen; geforceerd; onvrijwillig; verplicht
tvångsmässigt gedwongen; geforceerd; onvrijwillig; verplicht

Verwante woorden van "verplicht":

  • verplichte

Wiktionary: verplicht


Cross Translation:
FromToVia
verplicht obligatorisk compulsory — mandatory
verplicht obligatorisk mandatory — obligatory

verplichten:

verplichten werkwoord (verplicht, verplichtte, verplichtten, verplicht)

  1. verplichten
    förplikta
    • förplikta werkwoord (förpliktar, förpliktade, förpliktat)

Conjugations for verplichten:

o.t.t.
  1. verplicht
  2. verplicht
  3. verplicht
  4. verplichten
  5. verplichten
  6. verplichten
o.v.t.
  1. verplichtte
  2. verplichtte
  3. verplichtte
  4. verplichtten
  5. verplichtten
  6. verplichtten
v.t.t.
  1. heb verplicht
  2. hebt verplicht
  3. heeft verplicht
  4. hebben verplicht
  5. hebben verplicht
  6. hebben verplicht
v.v.t.
  1. had verplicht
  2. had verplicht
  3. had verplicht
  4. hadden verplicht
  5. hadden verplicht
  6. hadden verplicht
o.t.t.t.
  1. zal verplichten
  2. zult verplichten
  3. zal verplichten
  4. zullen verplichten
  5. zullen verplichten
  6. zullen verplichten
o.v.t.t.
  1. zou verplichten
  2. zou verplichten
  3. zou verplichten
  4. zouden verplichten
  5. zouden verplichten
  6. zouden verplichten
diversen
  1. verplicht!
  2. verplicht!
  3. verplicht
  4. verplichtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verplichten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förplikta verplichten

Verwante definities voor "verplichten":

  1. hem iets opleggen1
    • je bent verplicht om rechts te houden in het verkeer1

Wiktionary: verplichten


Cross Translation:
FromToVia
verplichten tränga sig in; framtvingas imposer — Traductions à trier suivant le sens

Verwante vertalingen van verplicht