Nederlands
Uitgebreide vertaling voor voornaamste (Nederlands) in het Zweeds
voornaamste:
-
voornaamste (hoofd)
huvudsakligen-
huvudsakligen bijvoeglijk naamwoord
-
-
voornaamste (belangrijkste; hoofdzaak)
viktigaste punkten; huvudsaken; huvudpunkten-
viktigaste punkten zelfstandig naamwoord
-
huvudsaken zelfstandig naamwoord
-
huvudpunkten zelfstandig naamwoord
-
Vertaal Matrix voor voornaamste:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
huvudpunkten | belangrijkste; hoofdzaak; voornaamste | belangrijkste punt; hoofdpunt |
huvudsaken | belangrijkste; hoofdzaak; voornaamste | belangrijkste punt; centraal idee; domein; grondgedachte; hoofdas; hoofdgedachte; hoofdpunt; voornaamste as |
viktigaste punkten | belangrijkste; hoofdzaak; voornaamste | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
huvudsakligen | hoofd; voornaamste | hoofdzakelijk; in de eerste plaats; in het bijzonder; in wezen; met name; overwegend; vooral; voornamelijk |
Verwante woorden van "voornaamste":
Wiktionary: voornaamste
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• voornaamste | → generell; huvudsaklig; allmän; huvud | ↔ main — principal |
• voornaamste | → primär | ↔ primary — that which is placed ahead of others |
• voornaamste | → först; tidigast | ↔ prime — first in time, order, or sequence |
• voornaamste | → främst; förnämst; huvud-; viktigast | ↔ prime — first in importance, degree, or rank |
• voornaamste | → huvudsaklig | ↔ principal — primary, main |
• voornaamste | → huvudsaklig | ↔ principal — Qui est le premier, le plus considérable, le plus remarquable en son genre. |
voornaamste vorm van voornaam:
-
de voornaam (doopnaam)
-
de voornaam
-
voornaam (gedistingeerd; beroemd; illuster; hooggeplaatst; adelijk; verheven; gewichtig; aanzienlijk; doorluchtig)
distingerat; ansett; högt uppsatt; framstående-
distingerat bijvoeglijk naamwoord
-
ansett bijvoeglijk naamwoord
-
högt uppsatt bijvoeglijk naamwoord
-
framstående bijvoeglijk naamwoord
-
-
voornaam (prominent; vooraanstaand; hooggeplaatst; geacht; hooggezeten; vooraanstaande; befaamd)
framstående-
framstående bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor voornaam:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
dopnamn | doopnaam; voornaam | |
framstående | voorbedachtheid | |
tilltalsnamn | doopnaam; voornaam | roepnaam |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | belangrijk; relevant | |
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
förnamn | voornaam | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
ansett | aanzienlijk; adelijk; beroemd; doorluchtig; gedistingeerd; gewichtig; hooggeplaatst; illuster; verheven; voornaam | |
distingerat | aanzienlijk; adelijk; beroemd; doorluchtig; gedistingeerd; gewichtig; hooggeplaatst; illuster; verheven; voornaam | |
framstående | aanzienlijk; adelijk; befaamd; beroemd; deftig; doorluchtig; geacht; gedistingeerd; gewichtig; hooggeplaatst; hooggezeten; illuster; prominent; verheven; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam | eruitspringend; onafgelost; opvallend; uitsteken |
högt uppsatt | aanzienlijk; adelijk; beroemd; doorluchtig; gedistingeerd; gewichtig; hooggeplaatst; illuster; verheven; voornaam |
Verwante woorden van "voornaam":
Synoniemen voor "voornaam":
Verwante definities voor "voornaam":
Wiktionary: voornaam
voornaam
Cross Translation:
noun
-
naam die bij de geboorte aan een persoon wordt gegeven, en die aan de familienaam voorafgaat.
- voornaam → förnamn
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• voornaam | → förnamn | ↔ first name — name chosen by parents |
• voornaam | → förnamn | ↔ forename — a name that precedes surname |
• voornaam | → tilltalsnamn; förnamn | ↔ given name — name chosen for a child by its parents |
• voornaam | → förnamn | ↔ Vorname — ein von den Eltern individuell ausgesuchter Name |
• voornaam | → ansenlig; stor | ↔ considérable — Qui attirer la considération par l’autorité, l’influence morale ou sociale. |
• voornaam | → viktig | ↔ grave — Qui peut avoir des conséquences fâcheuses. |
• voornaam | → myndig; viktig | ↔ majeur — Plus grand ; plus important. |
• voornaam | → förnamn | ↔ prénom — Nom particulier officiel |