Overzicht
Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...
- strand:
- stranden:
-
Wiktionary:
- strand → strand
- strand → strand, sandstrand
- stranden → stranda, få motorstopp
Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor strand (Nederlands) in het Zweeds
strand:
-
het strand (zandstrand)
Vertaal Matrix voor strand:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
sandstrand | strand; zandstrand | |
strand | strand; zandstrand | oever |
Verwante woorden van "strand":
strand vorm van stranden:
-
stranden (mislukken; falen; verkeerd lopen; misgaan; in de puree lopen; floppen; afgaan; mislopen)
Conjugations for stranden:
o.t.t.
- strand
- strandt
- strandt
- stranden
- stranden
- stranden
o.v.t.
- strandde
- strandde
- strandde
- strandden
- strandden
- strandden
v.t.t.
- ben gestrand
- bent gestrand
- is gestrand
- zijn gestrand
- zijn gestrand
- zijn gestrand
v.v.t.
- was gestrand
- was gestrand
- was gestrand
- waren gestrand
- waren gestrand
- waren gestrand
o.t.t.t.
- zal stranden
- zult stranden
- zal stranden
- zullen stranden
- zullen stranden
- zullen stranden
o.v.t.t.
- zou stranden
- zou stranden
- zou stranden
- zouden stranden
- zouden stranden
- zouden stranden
diversen
- strand!
- strandt!
- gestrand
- strandend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het stranden (aanspoelen; aandrijven)
spola i land-
spola i land zelfstandig naamwoord
-
Vertaal Matrix voor stranden:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
spola i land | aandrijven; aanspoelen; stranden | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
misslyckas | afgaan; falen; floppen; in de puree lopen; misgaan; mislopen; mislukken; stranden; verkeerd lopen | bederven; in de war sturen; klungelen; klunzen; knoeien; nekken; prutsen; ruïneren; stuntelen; te kort schieten; tegenvallen; verzieken |
tappa ansikte | afgaan; falen; floppen; in de puree lopen; misgaan; mislopen; mislukken; stranden; verkeerd lopen |
Verwante woorden van "stranden":
Wiktionary: stranden
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• stranden | → stranda | ↔ beach — run something aground on a beach |
• stranden | → få motorstopp | ↔ tomber en panne — Arriver dans une situation où un outil ou un véhicule ne fonctionne plus par manque de carburant où à cause de batteries vides, ou encore doit être réparé. |
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor strand (Zweeds) in het Nederlands
strand:
-
strand (sandstrand)
-
strand (kust)
Vertaal Matrix voor strand:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
oever | kust; strand | |
strand | sandstrand; strand | |
zandstrand | sandstrand; strand |
Synoniemen voor "strand":
Wiktionary: strand
strand
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• strand | → strand | ↔ beach — sandy shore |
• strand | → kust; zeekust; zeekant; kustlijn | ↔ coast — edge of land meeting ocean, sea, gulf, bay |
• strand | → zandstrand | ↔ sand — beach |
• strand | → kust; oever | ↔ shore — land adjoining a large body of water |
• strand | → strand | ↔ Strand — meist sandiger Übergang von Land zu Wasser |
• strand | → vlak | ↔ plage — Translations |
• strand | → boord; kant; kust; oever; wal; waterkant | ↔ rive — terrain qui border un fleuve, une rivière, un étang ou un lac. |