Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor smachten (Nederlands) in het Zweeds

smachten:

smachten [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het smachten (verlangen; wensen; zucht; begeren; lust)
    längtan

smachten werkwoord (smacht, smachtte, smachtten, gesmacht)

  1. smachten (kwijnend verlangen; snakken; kwijnen)
    trängta efter; tråna; åtrå; åstunda
    • trängta efter werkwoord (trängtar efter, trängtade efter, trängtat efter)
    • tråna werkwoord (trånar, trånade, trånat)
    • åtrå werkwoord (åtrår, åtrådde, åtrått)
    • åstunda werkwoord (åstundar, åstundade, åstundat)

Conjugations for smachten:

o.t.t.
  1. smacht
  2. smacht
  3. smacht
  4. smachten
  5. smachten
  6. smachten
o.v.t.
  1. smachtte
  2. smachtte
  3. smachtte
  4. smachtten
  5. smachtten
  6. smachtten
v.t.t.
  1. heb gesmacht
  2. hebt gesmacht
  3. heeft gesmacht
  4. hebben gesmacht
  5. hebben gesmacht
  6. hebben gesmacht
v.v.t.
  1. had gesmacht
  2. had gesmacht
  3. had gesmacht
  4. hadden gesmacht
  5. hadden gesmacht
  6. hadden gesmacht
o.t.t.t.
  1. zal smachten
  2. zult smachten
  3. zal smachten
  4. zullen smachten
  5. zullen smachten
  6. zullen smachten
o.v.t.t.
  1. zou smachten
  2. zou smachten
  3. zou smachten
  4. zouden smachten
  5. zouden smachten
  6. zouden smachten
en verder
  1. ben gesmacht
  2. bent gesmacht
  3. is gesmacht
  4. zijn gesmacht
  5. zijn gesmacht
  6. zijn gesmacht
diversen
  1. smacht!
  2. smacht!
  3. gesmacht
  4. smachtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor smachten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
längtan begeren; hunkeren; lust; smachten; verlangen; wensen; zucht begeerte; hunkering
åtrå begeerte; hunkering
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
trängta efter kwijnen; kwijnend verlangen; smachten; snakken
tråna kwijnen; kwijnend verlangen; smachten; snakken hopen; kwijnen; spinzen; van hoop vervuld zijn; verkwijnen; verlangen; wegkwijnen
åstunda kwijnen; kwijnend verlangen; smachten; snakken hunkeren; sterk verlangen
åtrå kwijnen; kwijnend verlangen; smachten; snakken een sterke begeerte hebben naar; geilen; hongeren naar

Wiktionary: smachten


Cross Translation:
FromToVia
smachten begära covet — to wish for with eagerness
smachten sukta covet — to have or indulge inordinate desire
smachten längta till; längta tillbaka till; längta efter yearn — to have a strong desire; to long
smachten längta efter; smäkta aspirer — Traductions à trier suivant le sens
smachten sucka; sukta; längta efter; smäkta soupirerpousser des soupirs.