Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. gin:
    • Wiktionary:
      gin → gin
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. gin:
  2. gå in:
  3. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor gin (Zweeds) in het Nederlands

gin:

gin [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. gin
    de borrel; glaasje jenever

Vertaal Matrix voor gin:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
borrel gin bjudning; droppe; informell mottagning; styrkedryck; styrketår; sup
glaasje jenever gin en sup; styrketår

Wiktionary: gin


Cross Translation:
FromToVia
gin gin gin — Boisson alcoolisée aromatisée aux baies de genévrier.

gå in:

gå in werkwoord (går in, gick in, gått in)

  1. gå in (komma in; kliva in)
    betreden; binnenkomen; ingaan; binnentreden; binnengaan; binnenstappen; binnenlopen
    • betreden werkwoord (betreed, betreedt, betrad, betraden, betreden)
    • binnenkomen werkwoord (kom binnen, komt binnen, kwam binnen, kwamen binnen, binnengekomen)
    • ingaan werkwoord (ga in, gaat in, ging in, gingen in, ingegaan)
    • binnentreden werkwoord (treed binnen, treedt binnen, trad binnen, traden binnen, binnengetreden)
    • binnengaan werkwoord (ga binnen, gaat binnen, ging binnen, gingen binnen, binnengegaan)
    • binnenstappen werkwoord (stap binnen, stapt binnen, stapte binnen, stapten binnen, binnengestapt)
    • binnenlopen werkwoord (loop binnen, loopt binnen, liep binnen, liepen binnen, binnengelopen)

Conjugations for gå in:

presens
  1. går in
  2. går in
  3. går in
  4. går in
  5. går in
  6. går in
imperfekt
  1. gick in
  2. gick in
  3. gick in
  4. gick in
  5. gick in
  6. gick in
framtid 1
  1. kommer att gå in
  2. kommer att gå in
  3. kommer att gå in
  4. kommer att gå in
  5. kommer att gå in
  6. kommer att gå in
framtid 2
  1. skall gå in
  2. skall gå in
  3. skall gå in
  4. skall gå in
  5. skall gå in
  6. skall gå in
conditional
  1. skulle gå in
  2. skulle gå in
  3. skulle gå in
  4. skulle gå in
  5. skulle gå in
  6. skulle gå in
perfekt particip
  1. har gått in
  2. har gått in
  3. har gått in
  4. har gått in
  5. har gått in
  6. har gått in
imperfekt particip
  1. hade gått in
  2. hade gått in
  3. hade gått in
  4. hade gått in
  5. hade gått in
  6. hade gått in
blandad
  1. gå in!
  2. gå in!
  3. gående in
1. jag, 2. du/ni, 3. han/hon/den/det, 4. vi, 5. ni, 6. de

Vertaal Matrix voor gå in:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
binnengaan inkommande
ingaan i kraft trädande; verkan görande
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
betreden gå in; kliva in; komma in beträda; gå på; vandra på
binnengaan gå in; kliva in; komma in
binnenkomen gå in; kliva in; komma in
binnenlopen gå in; kliva in; komma in
binnenstappen gå in; kliva in; komma in
binnentreden gå in; kliva in; komma in
ingaan gå in; kliva in; komma in reagera på

Wiktionary: gå in


Cross Translation:
FromToVia
gå in binnenraken get in — to enter
gå in intrekken einziehen — sich in etwas hineinbegeben

Verwante vertalingen van gin