Nederlands

Uitgebreide vertaling voor oplettend (Nederlands) in het Zweeds

oplettend:

oplettend bijvoeglijk naamwoord

  1. oplettend (alert; wakker; uitgeslapen)
    vaken; snabb; kvickt; snabbt; vaket
    • vaken bijvoeglijk naamwoord
    • snabb bijvoeglijk naamwoord
    • kvickt bijvoeglijk naamwoord
    • snabbt bijvoeglijk naamwoord
    • vaket bijvoeglijk naamwoord
  2. oplettend (opmerkzaam; aandachtig)
    observant

Vertaal Matrix voor oplettend:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kvickt stroomversnelling
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kvickt alert; oplettend; uitgeslapen; wakker bedachtzaam; correct; doordacht; gevat; nadenkend; pienter; raadzaam; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; uitgeslapen; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
observant aandachtig; oplettend; opmerkzaam
snabb alert; oplettend; uitgeslapen; wakker dra; eerstdaags; gauw; haastig; in alle haast; in allerijl; kortstondig; spoedig; terloops; vluchtig; weldra
snabbt alert; oplettend; uitgeslapen; wakker abrupt; bruusk; direct; dra; eensklaps; eerstdaags; gauw; gezwind; haastig; in alle haast; kortstondig; opeens; plots; plotseling; plotsklaps; schielijk; spoedig; terloops; vluchtig; weldra
vaken alert; oplettend; uitgeslapen; wakker ad rem; alert; hoede; paraat; slagvaardig; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend; wakker
vaket alert; oplettend; uitgeslapen; wakker ad rem; alert; hoede; paraat; slagvaardig; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend; wakker

Verwante woorden van "oplettend":


Wiktionary: oplettend


Cross Translation:
FromToVia
oplettend uppmärksam; påpasslig; artig attentif — Qui a de l’attention, de la concentration sur quelque chose.

oplettend vorm van opletten:

opletten werkwoord (let op, lette op, letten op, opgelet)

  1. opletten (aandachtig luisteren; toeluisteren)
    lystna uppmerksamt; höra på; lystna noggrannt
  2. opletten (aandacht erbij houden)
    vara uppmärksam; se sig för; akta
    • vara uppmärksam werkwoord (är uppmärksam, var uppmärksam, varit uppmärksam)
    • se sig för werkwoord (ser sig för, såg sig för, sett sig för)
    • akta werkwoord (aktar, aktade, aktat)
  3. opletten (uitkijken voor; oppassen)
    vara vaksam; se upp; akta sig för
    • vara vaksam werkwoord (är vaksam, var vaksam, varit vaksam)
    • se upp werkwoord (ser upp, såg upp, sett upp)
    • akta sig för werkwoord (aktar sig för, aktade sig för, aktat sig för)
  4. opletten (in de gaten houden; in het oog houden; toezien)
    hålla ett öga på; bevaka; kolla; observera
    • hålla ett öga på werkwoord (håller ett öga på, höll ett öga på, hållit ett öga på)
    • bevaka werkwoord (bevakar, bevakade, bevakat)
    • kolla werkwoord (kollar, kollade, kollat)
    • observera werkwoord (observerar, observerade, observerat)
  5. opletten (bij de les blijven)
    vara alert; vara uppmerksam
    • vara alert werkwoord (är alert, var alert, varit alert)
    • vara uppmerksam werkwoord (är uppmerksam, var uppmerksam, varit uppmerksam)
  6. opletten (hoeden voor)
    vara rädd om; slå vakt om
    • vara rädd om werkwoord (är rädd om, var rädd om, varit rädd om)
    • slå vakt om werkwoord (slår vakt om, slog vakt om, slagit vakt om)

Conjugations for opletten:

o.t.t.
  1. let op
  2. let op
  3. let op
  4. letten op
  5. letten op
  6. letten op
o.v.t.
  1. lette op
  2. lette op
  3. lette op
  4. letten op
  5. letten op
  6. letten op
v.t.t.
  1. heb opgelet
  2. hebt opgelet
  3. heeft opgelet
  4. hebben opgelet
  5. hebben opgelet
  6. hebben opgelet
v.v.t.
  1. had opgelet
  2. had opgelet
  3. had opgelet
  4. hadden opgelet
  5. hadden opgelet
  6. hadden opgelet
o.t.t.t.
  1. zal opletten
  2. zult opletten
  3. zal opletten
  4. zullen opletten
  5. zullen opletten
  6. zullen opletten
o.v.t.t.
  1. zou opletten
  2. zou opletten
  3. zou opletten
  4. zouden opletten
  5. zouden opletten
  6. zouden opletten
diversen
  1. let op!
  2. let op!
  3. opgelet
  4. oplettend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor opletten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
akta aandacht erbij houden; opletten
akta sig för opletten; oppassen; uitkijken voor
bevaka in de gaten houden; in het oog houden; opletten; toezien toekijken; volgen; vrijwaren; waken; waken over
hålla ett öga på in de gaten houden; in het oog houden; opletten; toezien 'n oogje hebben op; bewaken; surveilleren; toezicht houden; toezien
höra på aandachtig luisteren; opletten; toeluisteren aanhoren; gehoor geven; luisteren; toehoren
kolla in de gaten houden; in het oog houden; opletten; toezien beproeven; controleren; iets opzoeken; inspecteren; keuren; nagaan; nakijken; nazoeken; onderzoeken; overzien; testen; toetsen; uitproberen; uittesten
lystna noggrannt aandachtig luisteren; opletten; toeluisteren
lystna uppmerksamt aandachtig luisteren; opletten; toeluisteren
observera in de gaten houden; in het oog houden; opletten; toezien aankijken; bekijken; bemerken; gadeslaan; gewaarworden; horen; kijken; merken; observeren; opmerken; signaleren; toekijken; toeschouwen; voelen; waarnemen; zien
se sig för aandacht erbij houden; opletten
se upp opletten; oppassen; uitkijken voor naar boven kijken; naar boven zien
slå vakt om hoeden voor; opletten
vara alert bij de les blijven; opletten
vara rädd om hoeden voor; opletten
vara uppmerksam bij de les blijven; opletten
vara uppmärksam aandacht erbij houden; opletten
vara vaksam opletten; oppassen; uitkijken voor
- oppassen; uitkijken

Synoniemen voor "opletten":


Verwante definities voor "opletten":

  1. je aandacht erbij houden1
    • jongens, allemaal even opletten als ik dit uitleg1

Wiktionary: opletten


Cross Translation:
FromToVia
opletten lyssna listen — to expect or wait for a sound
opletten se till make sure — to verify; to recheck; to use extra care or caution
opletten observera; betrakta; iaktta watch — to observe
opletten ta sig i akt; vara försiktig watch — to be wary
opletten övervaka surveillerobserver avec attention ; examiner ; contrôler.

letten op:

letten op werkwoord (let op, lette op, letten op, opgelet)

  1. letten op
    notera; vara uppmärksam på
    • notera werkwoord (noterar, noterade, noterat)
    • vara uppmärksam på werkwoord (är uppmärksam på, var uppmärksam på, varit uppmärksam på)

Conjugations for letten op:

o.t.t.
  1. let op
  2. let op
  3. let op
  4. letten op
  5. letten op
  6. letten op
o.v.t.
  1. lette op
  2. lette op
  3. lette op
  4. letten op
  5. letten op
  6. letten op
v.t.t.
  1. heb opgelet
  2. hebt opgelet
  3. heeft opgelet
  4. hebben opgelet
  5. hebben opgelet
  6. hebben opgelet
v.v.t.
  1. had opgelet
  2. had opgelet
  3. had opgelet
  4. hadden opgelet
  5. hadden opgelet
  6. hadden opgelet
o.t.t.t.
  1. zal letten op
  2. zult letten op
  3. zal letten op
  4. zullen letten op
  5. zullen letten op
  6. zullen letten op
o.v.t.t.
  1. zou letten op
  2. zou letten op
  3. zou letten op
  4. zouden letten op
  5. zouden letten op
  6. zouden letten op
diversen
  1. let op!
  2. let op!
  3. opgelet
  4. oplettend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor letten op:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
notera letten op aanschouwen; bekijken; bemerken; boeken; boekstaven; kijken; noteren; notitie nemen van; onderscheiden; ontwaren; opmerken; opschrijven; optekenen; registreren; staren; te boek stellen; turen; vastleggen; zien
vara uppmärksam på letten op

Wiktionary: letten op


Cross Translation:
FromToVia
letten op akta; tänka; se till; se upp; komma ihåg; ge akt mind — to pay attention to
letten op övervaka surveillerobserver avec attention ; examiner ; contrôler.