Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. fractie:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor fractie (Nederlands) in het Zweeds

fractie:

fractie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de fractie (basisbestanddeel; onderdeel; component; )
    element; del; beståndsdel; ingrediens
  2. de fractie (gedeelte; stuk; deel; part)
    bit; del
    • bit [-en] zelfstandig naamwoord
    • del [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fractie:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beståndsdel basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; fractie; ingrediënt; onderdeel; stuk
bit deel; fractie; gedeelte; part; stuk aanbijten; bit; breuk; breukgetal; brok; brokje; eindje; fiche; fragmentje; groot en dik stuk; homp; klein stukje; klompje; klont; klonter; klontertje; klontje; knauw; moot; partje; plak; plakje; schijfje; snippertje; stukje; suikerklontje; tranche
del basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; fractie; gedeelte; ingrediënt; onderdeel; part; stuk aandeel; brokje; deel; deeltje; eindje; fragmentje; klein stukje; label; onderdeeltje; part; partje; plakje; portie; schijfje; segment; snippertje; stukje
element basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; fractie; ingrediënt; onderdeel; stuk element; koelmantel; radiateur; radiator
ingrediens basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; fractie; ingrediënt; onderdeel; stuk

Verwante woorden van "fractie":

  • fracties

Wiktionary: fractie


Cross Translation:
FromToVia
fractie fraktion faction — group of people
fractie parlamentsgrupp; partigrupp FraktionPolitik: ein freiwilliger Zusammenschluss von Abgeordneten zur Durchsetzung ihrer politischen Interessen und Ziele in einem Parlament