Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. olijf:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor olijf (Nederlands) in het Zweeds

olijf:

olijf [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de olijf
    oliv
    • oliv [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor olijf:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
oliv olijf

Verwante woorden van "olijf":

  • olijven

Wiktionary: olijf

olijf
noun
  1. een vrucht van de olijfboom

Cross Translation:
FromToVia
olijf oliv olive — fruit
olijf oliv Olive — mediterrane Steinfrucht, Frucht des Ölbaums
olijf oliv olive — (botanique) Fruit (drupe) comestible à noyau, de forme ovale et de couleur verdâtre produit par l’olivier. La pulpe pressée produit de l’huile d’olive.