Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. conflict:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor conflict (Nederlands) in het Zweeds

conflict:

conflict [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het conflict (ruzie; onenigheid; botsing; twist)
    motsättning; misshällighet; meningskiljaktlighet
  2. het conflict (tweedracht; verdeeldheid; disharmonie; )
    meningsskiljaktighet
  3. het conflict
    kollision
  4. het conflict

Vertaal Matrix voor conflict:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kollision conflict aanrijding; botsing; collisie
meningskiljaktlighet botsing; conflict; onenigheid; ruzie; twist
meningsskiljaktighet conflict; disharmonie; onenigheid; scheuring; schisma; tweedracht; tweespalt; tweestrijd; twist; verdeeldheid; vete
misshällighet botsing; conflict; onenigheid; ruzie; twist
motsättning botsing; conflict; onenigheid; ruzie; twist bedenking; bezwaar; inconsequentie; inconsistentie
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
konflikt conflict
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
kollision botsing

Verwante woorden van "conflict":

  • conflicten

Wiktionary: conflict

conflict
noun
  1. meningsverschil, botsing tussen partijen die onverzoenlijke doelstellingen nastreven

Cross Translation:
FromToVia
conflict konflikt conflict — clash or disagreement
conflict friktion friction — conflict
conflict stridighet; tvist; fejd; kiv strife — violent conflict
conflict konflikt Konflikt — Gegensatz von Meinungen oder Interessen
conflict konflikt conflit — Lutte armée