Overzicht
Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...
-
transistor:
-
Wiktionary:
transistor → transistor
transistor → transistor
-
Wiktionary:
Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...
-
transistor:
-
Wiktionary:
transistor → transistor
transistor → transistor
-
Wiktionary:
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor transistor (Zweeds) in het Nederlands
Wiktionary: transistor
transistor
Cross Translation:
noun
-
elektrotechniek|nld, elektronica|nld één van de belangrijkste uitvindingen van de twintigste eeuw, halfgeleider die elektrische signalen versterkt. Voorloper van het geïntegreerde circuit en daarmee basiselement van de computer en van internet
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• transistor | → transistor | ↔ transistor — solid-state semiconductor device, with three terminals |