Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. nieuwigheid:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor nieuwigheid (Nederlands) in het Zweeds

nieuwigheid:

nieuwigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de nieuwigheid (noviteit; nieuwtje)
    nymodighet

Vertaal Matrix voor nieuwigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nymodighet nieuwigheid; nieuwtje; noviteit

Verwante woorden van "nieuwigheid":

  • nieuwigheden

Wiktionary: nieuwigheid


Cross Translation:
FromToVia
nieuwigheid nyhet novelty — state of being new