Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. la:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. lä:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor la (Nederlands) in het Zweeds

la:

la [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de la (schuiflade; lade; schuifla)
    låda
    • låda [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor la:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
låda la; lade; schuifla; schuiflade blik; blikje; box; bus; doos; kist; kluisje; krat; laatje; opbergblik; opbergdoos; opbergruimte; trommel
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
låda kist

Wiktionary: la


Cross Translation:
FromToVia
la låda; byrålåda drawer — open-topped box in a cabinet used for storing
la låda tiroir — Casier, compartiment, coulissant.



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor la (Zweeds) in het Nederlands

la:


Synoniemen voor "la":


lä:

zelfstandig naamwoord

  1. (läsida)
    de lij
    • lij [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor :

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lij ; läsida

Synoniemen voor "lä":


Wiktionary:


Cross Translation:
FromToVia
lijzij; lijzijde; lij lee — side of the ship away from the wind
lijzijde; benedenwinds; lijwaarts leeward — Downwind