Overzicht
Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...
- vooruitstekend:
- vooruitsteken:
-
Wiktionary:
- vooruitstekend → anmärkningsvärd, märklig, märkvärdig, amper, egg, gräll, gäll, skarp
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor vooruitstekend (Nederlands) in het Zweeds
vooruitstekend:
-
vooruitstekend (vooruitspringend; uitspringend; naar voren staand)
Vertaal Matrix voor vooruitstekend:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
utstickande | aftekenen | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
utstickande | naar voren staand; uitspringend; vooruitspringend; vooruitstekend | |
utstickandet | naar voren staand; uitspringend; vooruitspringend; vooruitstekend |
Wiktionary: vooruitstekend
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vooruitstekend | → anmärkningsvärd; märklig; märkvärdig | ↔ remarquable — Qui mériter d’être remarqué ; qui attirer l’attention. |
• vooruitstekend | → amper; egg; gräll; gäll; skarp; anmärkningsvärd; märklig; märkvärdig | ↔ saillant — Qui avancer, qui sortir en dehors. |
vooruitsteken:
vooruitsteken werkwoord (steek vooruit, steekt vooruit, stak vooruit, staken vooruit, vooruitgestoken)
-
vooruitsteken (vooruitspringen)
Conjugations for vooruitsteken:
o.t.t.
- steek vooruit
- steekt vooruit
- steekt vooruit
- steken vooruit
- steken vooruit
- steken vooruit
o.v.t.
- stak vooruit
- stak vooruit
- stak vooruit
- staken vooruit
- staken vooruit
- staken vooruit
v.t.t.
- heb vooruitgestoken
- hebt vooruitgestoken
- heeft vooruitgestoken
- hebben vooruitgestoken
- hebben vooruitgestoken
- hebben vooruitgestoken
v.v.t.
- had vooruitgestoken
- had vooruitgestoken
- had vooruitgestoken
- hadden vooruitgestoken
- hadden vooruitgestoken
- hadden vooruitgestoken
o.t.t.t.
- zal vooruitsteken
- zult vooruitsteken
- zal vooruitsteken
- zullen vooruitsteken
- zullen vooruitsteken
- zullen vooruitsteken
o.v.t.t.
- zou vooruitsteken
- zou vooruitsteken
- zou vooruitsteken
- zouden vooruitsteken
- zouden vooruitsteken
- zouden vooruitsteken
diversen
- steek vooruit!
- steekt vooruit!
- vooruitgestoken
- vooruitstekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor vooruitsteken:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
skjuta ut | vooruitspringen; vooruitsteken | |
sticka fram | vooruitspringen; vooruitsteken |