Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Zweeds ->Zoek: tuit

Nederlandse en Zweedse zoekresultaten voor: tuit

Overzicht

Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...

tuit:
- näsa; nos; snabel
tuiten:
- blåsa genom munnen; spruta ut
- läpp
Wiktionary:
- tuit → snabel, näbb
- tuiten → surra, spinna

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tuit (Nederlands) in het Zweeds

tuit:

tuit [de ~] zelfstandig naamwoord

de tuit
näsa; nos; snabel
- näsa [-en] zelfstandig naamwoord
- nos [-en] zelfstandig naamwoord
- snabel [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tuit:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
nos	tuit	mond; neus; neus anatomie
näsa	tuit	neus; neus anatomie; speurzin
snabel	tuit	slurf

Verwante woorden van "tuit":

tuitten, tuiten, tuitje

Wiktionary: tuit

Cross Translation:

From	To	Via
• tuit	→ snabel; näbb	↔ Schnabel — Zoologie: das Mundwerkzeug bestimmter Tiere
• tuit	→ näbb	↔ bec — Traductions à trier suivant le sens

tuit vorm van tuiten:

tuiten werkwoord (tuit, tuitte, tuitten, getuit)

tuiten
blåsa genom munnen; spruta ut
- blåsa genom munnen werkwoord (blåser genom munnen, blåste genom munnen, blåst genom munnen)
- spruta ut werkwoord (sprutar ut, sprutade ut, sprutat ut)

Conjugations for tuiten:

o.t.t.

tuit
tuit
tuit
tuiten
tuiten
tuiten

o.v.t.

tuitte
tuitte
tuitte
tuitten
tuitten
tuitten

v.t.t.

heb getuit
hebt getuit
heeft getuit
hebben getuit
hebben getuit
hebben getuit

v.v.t.

had getuit
had getuit
had getuit
hadden getuit
hadden getuit
hadden getuit

o.t.t.t.

zal tuiten
zult tuiten
zal tuiten
zullen tuiten
zullen tuiten
zullen tuiten

o.v.t.t.

zou tuiten
zou tuiten
zou tuiten
zouden tuiten
zouden tuiten
zouden tuiten

en verder

ben getuit
bent getuit
is getuit
zijn getuit
zijn getuit
zijn getuit

diversen

tuit!
tuitt!
getuit
tuitend

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

tuiten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

de tuiten (schenktuiten)
läpp
- läpp [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tuiten:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
läpp	schenktuiten; tuiten
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
blåsa genom munnen	tuiten
spruta ut	tuiten	spuiten; uitspuiten

Verwante woorden van "tuiten":

tuit

Wiktionary: tuiten

Cross Translation:

From	To	Via
• tuiten	→ surra	↔ bourdonner — À trier
• tuiten	→ spinna	↔ ronronner — faire entendre les ronrons, émettre un ronflement sourd et continu, en parlant d'un chat ou d'un félin, qui exprime en général son contentement.