Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. netto:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. netto:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor netto (Nederlands) in het Zweeds

netto:

netto bijwoord

  1. netto (onbelast)
    netto
    • netto bijvoeglijk naamwoord
  2. netto
    överskott

Vertaal Matrix voor netto:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
överskott agio; baat; batige saldo's; exces; gewin; overdaad; overmaat; overschot; overschotten; profijt; rest; resten; surplus; teveel; winst
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
netto netto; onbelast
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
överskott netto

Wiktionary: netto


Cross Translation:
FromToVia
netto netto net — The amount remaining after expenses are deducted, profit

Verwante vertalingen van netto



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor netto (Zweeds) in het Nederlands

netto:

netto bijvoeglijk naamwoord

  1. netto
    netto; onbelast
  2. netto
    netto
    • netto bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor netto:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
netto netto
onbelast netto skattefritt; tullfri; tullfritt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
netto netto överskott

Wiktionary: netto


Cross Translation:
FromToVia
netto netto net — The amount remaining after expenses are deducted, profit