Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. intrinsiek:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor intrinsiek (Nederlands) in het Zweeds

intrinsiek:

intrinsiek bijvoeglijk naamwoord

  1. intrinsiek
    inneboende; inneboendet

Vertaal Matrix voor intrinsiek:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inneboende kamerbewoner; kostganger; kostgangster; pensiongast; pensiongaste
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inneboende intrinsiek eigen; inherent
inneboendet intrinsiek

Verwante woorden van "intrinsiek":

  • intrinsieke

Wiktionary: intrinsiek


Cross Translation:
FromToVia
intrinsiek inneboende intrinsic — inherent
intrinsiek inre; inneboende intrinsisch — von sich aus aufweisend; einem Ding oder System innewohnend, ohne äußere Ursache oder Beeinflussung vorliegend
intrinsiek väsentlig essentiel — Qui appartenir à l’essence, qui est de l’essence.