Nederlands
Uitgebreide synoniemen voor verboden in het Nederlands
verboden:
-
verboden
verboden; illegaal; onwettelijk; ongeoorloofd; onwettig; onrechtmatig; wederrechtelijk; onwetmatig-
verboden bijvoeglijk naamwoord
-
illegaal bijvoeglijk naamwoord
-
onwettelijk bijvoeglijk naamwoord
-
ongeoorloofd bijvoeglijk naamwoord
-
onwettig bijvoeglijk naamwoord
-
onrechtmatig bijvoeglijk naamwoord
-
wederrechtelijk bijvoeglijk naamwoord
-
onwetmatig bijvoeglijk naamwoord
-
-
verboden
wederrechtelijk; verboden; ongeoorloofd; onwettelijk; illegaal; onwettig; illegitiem; onwetmatig-
wederrechtelijk bijvoeglijk naamwoord
-
verboden bijvoeglijk naamwoord
-
ongeoorloofd bijvoeglijk naamwoord
-
onwettelijk bijvoeglijk naamwoord
-
illegaal bijvoeglijk naamwoord
-
onwettig bijvoeglijk naamwoord
-
illegitiem bijvoeglijk naamwoord
-
onwetmatig bijvoeglijk naamwoord
-
Verwante woorden van "verboden":
verboden vorm van verbieden:
-
verbieden
-
verbieden
– zeggen dat het niet mag 1
Conjugations for verbieden:
o.t.t.
- verbied
- verbiedt
- verbiedt
- verbieden
- verbieden
- verbieden
o.v.t.
- verbood
- verbood
- verbood
- verboden
- verboden
- verboden
v.t.t.
- heb verboden
- hebt verboden
- heeft verboden
- hebben verboden
- hebben verboden
- hebben verboden
v.v.t.
- had verboden
- had verboden
- had verboden
- hadden verboden
- hadden verboden
- hadden verboden
o.t.t.t.
- zal verbieden
- zult verbieden
- zal verbieden
- zullen verbieden
- zullen verbieden
- zullen verbieden
o.v.t.t.
- zou verbieden
- zou verbieden
- zou verbieden
- zouden verbieden
- zouden verbieden
- zouden verbieden
diversen
- verbied!
- verbiedt!
- verboden
- verbiedend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze