Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. uitstaan:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor uitstaan in het Nederlands

uitstaan:

uitstaan werkwoord

  1. uitstaan
    – het meemaken en uithouden 1
    doorstaan; uitstaan
    – het meemaken en uithouden 1
    • doorstaan werkwoord (doorsta, doorstaat, doorstond, doorstonden, doorgestaan)
      • hij doorstond een vervelende ziekte1
    • uitstaan werkwoord
      • ik kan al die drukte niet uitstaan1
  2. uitstaan
    – op een rekening staan zodat je rente ontvangt 1
    uitstaan
    – op een rekening staan zodat je rente ontvangt 1
    • uitstaan werkwoord
      • hoeveel geld heb je uitstaan bij die bank?1

Alternatieve synoniemen voor "uitstaan":


Verwante definities voor "uitstaan":

  1. het meemaken en uithouden1
    • ik kan al die drukte niet uitstaan1
  2. op een rekening staan zodat je rente ontvangt1
    • hoeveel geld heb je uitstaan bij die bank?1