Nederlands
Uitgebreide synoniemen voor slecht in het Nederlands
slecht:
-
slecht
-
slecht
-
slecht
slecht; met slechte intentie; gemeen; vals; kwaadwillig-
slecht bijvoeglijk naamwoord
-
met slechte intentie bijvoeglijk naamwoord
-
gemeen bijvoeglijk naamwoord
-
vals bijvoeglijk naamwoord
-
kwaadwillig bijvoeglijk naamwoord
-
-
slecht
inferieur; minderwaardig; slecht; zwak; ondermaats; tweederangs; ondeugdelijk; arm-
inferieur bijvoeglijk naamwoord
-
minderwaardig bijvoeglijk naamwoord
-
slecht bijvoeglijk naamwoord
-
zwak bijvoeglijk naamwoord
-
ondermaats bijvoeglijk naamwoord
-
tweederangs bijvoeglijk naamwoord
-
ondeugdelijk bijvoeglijk naamwoord
-
arm bijvoeglijk naamwoord
-
-
slecht
gedegenereerd; slecht; ontaard; bedorven-
gedegenereerd bijvoeglijk naamwoord
-
slecht bijvoeglijk naamwoord
-
ontaard bijvoeglijk naamwoord
-
bedorven bijvoeglijk naamwoord
-
-
slecht
– met een verkeerd effect 1 -
slecht
– moeilijk of bezwaarlijk 1 -
slecht
– wat minder goed is dan gemiddeld 1
-
slecht
Verwante woorden van "slecht":
Antoniemen van "slecht":
Verwante definities voor "slecht":
slecht vorm van slechten:
-
slechten
Conjugations for slechten:
o.t.t.
- slecht
- slecht
- slecht
- slechten
- slechten
- slechten
o.v.t.
- slechtte
- slechtte
- slechtte
- slechtten
- slechtten
- slechtten
v.t.t.
- heb geslecht
- hebt geslecht
- heeft geslecht
- hebben geslecht
- hebben geslecht
- hebben geslecht
v.v.t.
- had geslecht
- had geslecht
- had geslecht
- hadden geslecht
- hadden geslecht
- hadden geslecht
o.t.t.t.
- zal slechten
- zult slechten
- zal slechten
- zullen slechten
- zullen slechten
- zullen slechten
o.v.t.t.
- zou slechten
- zou slechten
- zou slechten
- zouden slechten
- zouden slechten
- zouden slechten
en verder
- ben geslecht
- bent geslecht
- is geslecht
- zijn geslecht
- zijn geslecht
- zijn geslecht
diversen
- slecht!
- slechtt!
- geslecht
- slechtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze