Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor onderbreking in het Nederlands

onderbreking:

onderbreking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de onderbreking
    de onderbreking; de interruptie; de verbreking; de breuk
  2. de onderbreking
    de onderbreking; de pauze; de rustpauze; de verpozing; de tussenpoos
  3. de onderbreking
    de onderbreking; onderbreken; verbreken
  4. de onderbreking
    de pauze; de tussenpoos; de onderbreking
  5. de onderbreking
    het uitstel; het respijt; de onderbreking
  6. de onderbreking
    de onderbreking

Verwante woorden van "onderbreking":

  • onderbrekingen

Verwante synoniemen voor onderbreking