Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor kruispunt in het Nederlands

kruispunt:

kruispunt [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het kruispunt
    het kruispunt; de kruising; punt waar lijnen elkaar kruisen
  2. het kruispunt
    het verkeersknooppunt; het kruispunt; het knooppunt
  3. het kruispunt
    de kruising; de splitsing; het kruispunt; de wegsplitsing; de wegkruising; kruising van straten

Verwante woorden van "kruispunt":