Nederlands
Uitgebreide synoniemen voor duister in het Nederlands
duister:
-
duister
-
duister
sinister; onheilspellend; duister; dreigend; huiveringwekkend; luguber-
sinister bijvoeglijk naamwoord
-
onheilspellend bijvoeglijk naamwoord
-
duister bijvoeglijk naamwoord
-
dreigend bijvoeglijk naamwoord
-
huiveringwekkend bijvoeglijk naamwoord
-
luguber bijvoeglijk naamwoord
-
-
duister
donker; duister; onverlicht-
donker bijvoeglijk naamwoord
-
duister bijvoeglijk naamwoord
-
onverlicht bijvoeglijk naamwoord
-
-
duister
onbetrouwbaar; verdacht; duister; louche; onguur-
onbetrouwbaar bijvoeglijk naamwoord
-
verdacht bijvoeglijk naamwoord
-
duister bijvoeglijk naamwoord
-
louche bijvoeglijk naamwoord
-
onguur bijvoeglijk naamwoord
-
-
het duister
-
het duister
-
het duister