Nederlands
Uitgebreide synoniemen voor beroerd in het Nederlands
beroerd:
-
beroerd
-
beroerd
beroerd; doodmisselijk; doodziek; kotsmisselijk-
beroerd bijvoeglijk naamwoord
-
doodmisselijk bijvoeglijk naamwoord
-
doodziek bijvoeglijk naamwoord
-
kotsmisselijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
beroerd
Verwante woorden van "beroerd":
beroerd vorm van beroeren:
-
beroeren
-
beroeren
bewegen; in beweging brengen; beroeren-
in beweging brengen werkwoord (breng in beweging, brengt in beweging, bracht in beweging, brachten in beweging, in beweging gebracht)
-
beroeren
Conjugations for beroeren:
o.t.t.
- beroer
- beroert
- beroert
- beroeren
- beroeren
- beroeren
o.v.t.
- beroerde
- beroerde
- beroerde
- beroerden
- beroerden
- beroerden
v.t.t.
- ben beroerd
- bent beroerd
- is beroerd
- zijn beroerd
- zijn beroerd
- zijn beroerd
v.v.t.
- was beroerd
- was beroerd
- was beroerd
- waren beroerd
- waren beroerd
- waren beroerd
o.t.t.t.
- zal beroeren
- zult beroeren
- zal beroeren
- zullen beroeren
- zullen beroeren
- zullen beroeren
o.v.t.t.
- zou beroeren
- zou beroeren
- zou beroeren
- zouden beroeren
- zouden beroeren
- zouden beroeren
diversen
- beroer!
- beroert!
- beroerd
- beroerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze