Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor arbeidskrachten in het Nederlands

arbeidskrachten:

arbeidskrachten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de arbeidskrachten
    de arbeidskrachten; de mankracht
  2. de arbeidskrachten
    de arbeidskrachten

Verwante woorden van "arbeidskrachten":


arbeidskrachten vorm van arbeidskracht:

arbeidskracht [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de arbeidskracht
    de werknemer; de medewerker; het personeelslid; de klerk; de arbeidskracht; de arbeider; de werkkracht
  2. de arbeidskracht
    de werknemer; de arbeidskracht; de werkkracht
  3. de arbeidskracht
    de arbeidskracht; werkvermogen; de werkzaamheid; het arbeidsvermogen; de werkkracht

Verwante woorden van "arbeidskracht":