Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
malin
|
|
bij de pinken zijn; doortraptheid; gewiekstheid; gladheid; kei; listigheid; slimme vos; slimmerd; sluwheid; snoodheid
|
sage
|
|
denker; filosoof; wijsgeer
|
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
avec circonspection
|
bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; omzichtig
|
alert; hoede; paraat; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend
|
avec prudence
|
bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; omzichtig
|
alert; hoede; paraat; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend
|
avec précaution
|
bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; omzichtig
|
alert; hoede; paraat; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend
|
circonspect
|
bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; omzichtig
|
alert; hoede; paraat; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend
|
intelligemment
|
bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
|
adrem; bijdehand; gevat; gis; intelligent; pienter; raak; schrander; slim; snedig
|
intelligent
|
bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
|
adrem; bij de pinken; bijdehand; clever; competent; deskundig; gevat; gis; goochem; intelligent; kien; oordeelkundig; pienter; raak; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; snugger; spitsvondig; ter zake kundig; uitgekiend; uitgeslapen; vakbekwaam; vakkundig
|
malin
|
bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
|
achterbaks; adrem; arglistig; berekenend; bij de pinken; bijdehand; clever; doortrapt; duivelachtig; duivels; fabelachtig; fantastisch; gaaf; gehaaid; gemeen; geniaal; geniepig; geraffineerd; geslepen; gevat; gewiekst; gluiperig; goochem; kien; krankzinnig; kwaadaardig; leep; link; listig; pienter; raak; reuze; scherpzinnig; schrander; slim; slinks; sluw; snedig; snood; snugger; spits; spitsvondig; stiekem; te gek; uitgekiend; uitgekookt; uitgeslapen; vernuftig; waanzinnig; wijs
|
prudemment
|
bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; omzichtig
|
alert; hoede; paraat; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend
|
prudent
|
bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; omzichtig
|
alert; hoede; paraat; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend; zorgvuldig
|
raisonnable
|
bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
|
aannemelijk; behoorlijke; betaalbaar; billijk; degelijk; diep; diepzinnig; gefundeerd; gegrond; gewettigd; logisch; op goede gronden steunend; rationeel; rechtmatig; rechtvaardig; redelijk; redelijke; solide; steekhoudend; tamelijke; verstandelijk; wetmatig; wettig
|
raisonnablement
|
bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
|
aannemelijk; billijk; degelijk; diep; diepzinnig; gefundeerd; gegrond; gewettigd; logisch; op goede gronden steunend; rationeel; rechtmatig; rechtvaardig; redelijk; solide; steekhoudend; verstandelijk; wetmatig; wettig
|
réfléchi
|
bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; omzichtig
|
aannemelijk; alert; degelijk; doelbewust; doordacht; gefundeerd; gegrond; hoede; logisch; op goede gronden steunend; overdacht; paraat; reflexief; solide; steekhoudend; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend; wederkerend
|
sage
|
bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
|
belezen; braaf; braafjes; deugdzaam; eerlijk; erudiet; fideel; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; lief; ontwikkeld; openhartig; oprecht; rechtgeaard; rechtschapen; rechtvaardig; rondborstig; trouwhartig; voorbeeldig; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld; zoet
|
sagement
|
bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
|
braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet
|
sensé
|
bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
|
fabelachtig; fantastisch; gaaf; krankzinnig; reuze; te gek; waanzinnig; wijs; zinrijk; zinvol
|
sensément
|
bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
|
|