Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. zwaarlijvigheid:
  2. zwaarlijvig:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zwaarlijvigheid (Nederlands) in het Frans

zwaarlijvigheid:

zwaarlijvigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de zwaarlijvigheid (gezetheid; corpulentie; lijvigheid)
    l'obésité; la consistance; l'embonpoint; la corpulence

Vertaal Matrix voor zwaarlijvigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
consistance corpulentie; gezetheid; lijvigheid; zwaarlijvigheid band; correlatie; dikte; hechtheid; lijvigheid; onverbrekelijkheid; relatie; samenhang; soliditeit; stevigheid; vastheid; verband; verbinding
corpulence corpulentie; gezetheid; lijvigheid; zwaarlijvigheid dikte; lijvigheid
embonpoint corpulentie; gezetheid; lijvigheid; zwaarlijvigheid dikte; lijvigheid
obésité corpulentie; gezetheid; lijvigheid; zwaarlijvigheid

Verwante woorden van "zwaarlijvigheid":


Wiktionary: zwaarlijvigheid

zwaarlijvigheid

zwaarlijvigheid vorm van zwaarlijvig:

zwaarlijvig bijvoeglijk naamwoord

  1. zwaarlijvig (gezet; dik; corpulent; lijvig)
    gros; obèse; épais; fort; lourd; corpulent; adipeux

Vertaal Matrix voor zwaarlijvig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fort burcht; citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot; slot
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- corpulent; dik
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
adipeux corpulent; dik; gezet; lijvig; zwaarlijvig vethoudend; vetrijk
corpulent corpulent; dik; gezet; lijvig; zwaarlijvig dik; lijvig; vet; vetlijvig; vettig; zwaar van lijf
fort corpulent; dik; gezet; lijvig; zwaarlijvig behoorlijk; bijzonder; buitengemeen; buitengewoon; buitensporig; danig; degelijk; duchtig; energiek; erg; excessief; extreem; fantastisch; fel; ferm; fiks; flink; formidabel; fors; forse; geanimeerd; gekruid; gepeperd; geweldig; grievend; hard; hardop; hartig; heel erg; heftig; hevig; hogelijk; hoogst; intens; intensief; krachtig; krenkend; kruidig; kwetsend; lawaaierig; levendig; luid; luid klinkend; luidruchtig; pittig; potig; prachtig; robuust; rumoerig; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; stoer; ten zeerste; uitermate; uiterst; vet; vettig; vief; vol energie; vol fut; zeer
gros corpulent; dik; gezet; lijvig; zwaarlijvig dik; groot; lijvig; omvangrijk; vet; vettig; volumineus; zwaar van lijf
lourd corpulent; dik; gezet; lijvig; zwaarlijvig benauwd; broeierig; geladen; lastig; lomp; machtig; met een groot gewicht; moeilijk; moeilijk verteerbaar; niet makkelijk; onelegant; ongemakkelijk; opladen van een geweer; plomp; slecht verteerbaar; vet; vettig; zwaar; zwoel
obèse corpulent; dik; gezet; lijvig; zwaarlijvig dik; lijvig; vet; vetlijvig; vettig; zwaar van lijf
épais corpulent; dik; gezet; lijvig; zwaarlijvig dicht; dicht opeen; dik; dik vloeibaar; lijvig; stroopachtig; stroperig; taai-vloeibaar; vet; viskeus; zwaar van lijf

Verwante woorden van "zwaarlijvig":


Synoniemen voor "zwaarlijvig":


Antoniemen van "zwaarlijvig":


Verwante definities voor "zwaarlijvig":

  1. erg breed of met een grote omvang1
    • Piet is een zwaarlijvige man1

Wiktionary: zwaarlijvig

zwaarlijvig
adjective
  1. van groot lichaamsgewicht