Nederlands
Uitgebreide vertaling voor zinderend (Nederlands) in het Frans
zinderend:
-
zinderend (sensationeel; spannend; adembenemend; boeiend; opwindend; pakkend; meeslepend)
sensationnel; saisissant; spectaculaire; émouvant; brûlant; prenant; sensationnelle; retentissant; bouleversant; poignant; émotif; émotionnel; d'une façon émouvante; d'une manière émotive; qui attire l'attention-
sensationnel bijvoeglijk naamwoord
-
saisissant bijvoeglijk naamwoord
-
spectaculaire bijvoeglijk naamwoord
-
émouvant bijvoeglijk naamwoord
-
brûlant bijvoeglijk naamwoord
-
prenant bijvoeglijk naamwoord
-
sensationnelle bijvoeglijk naamwoord
-
retentissant bijvoeglijk naamwoord
-
bouleversant bijvoeglijk naamwoord
-
poignant bijvoeglijk naamwoord
-
émotif bijvoeglijk naamwoord
-
émotionnel bijvoeglijk naamwoord
-
d'une façon émouvante bijvoeglijk naamwoord
-
d'une manière émotive bijvoeglijk naamwoord
-
qui attire l'attention bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor zinderend:
zinderend vorm van zinderen:
-
zinderen
être brûlant-
être brûlant werkwoord
-
Conjugations for zinderen:
o.t.t.
- zinder
- zindert
- zindert
- zinderen
- zinderen
- zinderen
o.v.t.
- zinderde
- zinderde
- zinderde
- zinderden
- zinderden
- zinderden
v.t.t.
- heb gezinderd
- hebt gezinderd
- heeft gezinderd
- hebben gezinderd
- hebben gezinderd
- hebben gezinderd
v.v.t.
- had gezinderd
- had gezinderd
- had gezinderd
- hadden gezinderd
- hadden gezinderd
- hadden gezinderd
o.t.t.t.
- zal zinderen
- zult zinderen
- zal zinderen
- zullen zinderen
- zullen zinderen
- zullen zinderen
o.v.t.t.
- zou zinderen
- zou zinderen
- zou zinderen
- zouden zinderen
- zouden zinderen
- zouden zinderen
diversen
- zinder!
- zindert!
- gezinderd
- zinderend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor zinderen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
être brûlant | zinderen |
Computer vertaling door derden: