| Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
|
acide
|
|
zurigheid; zuur
|
| Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
|
sur
|
|
bij; te; ter; via
|
| Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
|
acide
|
wrang; zuur; zuur smakend
|
bitter; bitterachtig; galachtig; honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend; zuur
|
|
aigre
|
wrang; zuur; zuur smakend
|
bits; bitter; bitter teleurgesteld; fel; galachtig; grimmig; hanig; honend; kattig; pinnig; rins; schamper; scherp; smadelijk; smadend; smalend; snibbig; spinnig; spottend; verbeten; verbitterd; vinnig; vlijmend; wrangig; zurig; zuur
|
|
aigrement
|
wrang; zuur; zuur smakend
|
bitter; bitter teleurgesteld; fel; galachtig; grimmig; hanig; honend; pinnig; schamper; scherp; smadelijk; smadend; smalend; snibbig; spottend; verbeten; verbitterd; vinnig; vlijmend; zuur
|
|
amer
|
wrang; zuur; zuur smakend
|
bitter; bitter van smaak; bitterachtig; galachtig; honend; onheus; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend; zuur
|
|
déplaisant
|
wrang; zuur; zuur smakend
|
afstotend; hinderlijk; lastig; lelijk; naar; niet schikkend; onaangenaam; onaantrekkelijk; ongelegen; onheus; onplezierig; onsympathiek; onverkwikkelijk; storend
|
|
désagréable
|
wrang; zuur; zuur smakend
|
afgezaagd; afstotend; antipathiek; ellendig; hinderlijk; langdraadig; langwijlig; lastig; lelijk; melig; naar; niet schikkend; onaangenaam; onaantrekkelijk; onaardig; onbehaaglijk; ongelegen; ongenietbaar; onhartelijk; onhebbelijk; onheus; onplezierig; onprettig; onverdraagzaam; onverkwikkelijk; onvriendelijk; onwelwillend; onwennig; rot; saai; slecht geluimd; storend; stuitend; vervelend
|
|
sur
|
wrang; zuur; zuur smakend
|
aan; bij; erbij; erop; rins; zurig
|