Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. woonachtig:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor woonachtig (Nederlands) in het Frans

woonachtig:

woonachtig bijvoeglijk naamwoord

  1. woonachtig (gevestigd; zetelend)
    résidant; domiciliant; siégeant; installé; demeurant

Vertaal Matrix voor woonachtig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
résidant ingezetene
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
demeurant gevestigd; woonachtig; zetelend
domiciliant gevestigd; woonachtig; zetelend
installé gevestigd; woonachtig; zetelend aangebracht; gesetteld; gevestigd; geïnstalleerd
résidant gevestigd; woonachtig; zetelend inwonende; stagiair
siégeant gevestigd; woonachtig; zetelend

Verwante woorden van "woonachtig":

  • woonachtige