Nederlands
Uitgebreide vertaling voor wegrijden (Nederlands) in het Frans
wegrijden:
-
wegrijden
partir en voiture; partir en moto; partir en vélo-
partir en voiture werkwoord
-
partir en moto werkwoord
-
partir en vélo werkwoord
-
Conjugations for wegrijden:
o.t.t.
- rijd weg
- rijdt weg
- rijdt weg
- rijden weg
- rijden weg
- rijden weg
o.v.t.
- reed weg
- reed weg
- reed weg
- reden weg
- reden weg
- reden weg
v.t.t.
- ben weggereden
- bent weggereden
- is weggereden
- zijn weggereden
- zijn weggereden
- zijn weggereden
v.v.t.
- was weggereden
- was weggereden
- was weggereden
- waren weggereden
- waren weggereden
- waren weggereden
o.t.t.t.
- zal wegrijden
- zult wegrijden
- zal wegrijden
- zullen wegrijden
- zullen wegrijden
- zullen wegrijden
o.v.t.t.
- zou wegrijden
- zou wegrijden
- zou wegrijden
- zouden wegrijden
- zouden wegrijden
- zouden wegrijden
diversen
- rijd weg!
- rijdt weg!
- weggereden
- wegrijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor wegrijden:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
partir en moto | wegrijden | |
partir en voiture | wegrijden | |
partir en vélo | wegrijden |