Nederlands
Uitgebreide vertaling voor wegrennen (Nederlands) in het Frans
wegrennen:
-
wegrennen (weghollen; wegstuiven; wegsnellen; wegdraven; weghaasten; wegspoeden; wegijlen)
partir en courant; fuir; filer; ficher le camp; partir en galope; s'en aller en courant; partir en coup de vent; s'éloigner en courant; partir comme un trait-
partir en courant werkwoord
-
fuir werkwoord (fuis, fuit, fuyons, fuyez, fuient, fuyais, fuyait, fuyions, fuyiez, fuyaient, fuîmes, fuîtes, fuirent, fuirai, fuiras, fuira, fuirons, fuirez, fuiront)
-
filer werkwoord (file, files, filons, filez, filent, filais, filait, filions, filiez, filaient, filai, filas, fila, filâmes, filâtes, filèrent, filerai, fileras, filera, filerons, filerez, fileront)
-
ficher le camp werkwoord
-
partir en galope werkwoord
-
s'en aller en courant werkwoord
-
partir en coup de vent werkwoord
-
s'éloigner en courant werkwoord
-
partir comme un trait werkwoord
-
-
wegrennen (wegijlen; wegspoeden; wegsnellen; weghollen; weghaasten)
partir en courant; filer; s'enfuir; détaler; s'en aller en courant; partir en coup de vent-
partir en courant werkwoord
-
filer werkwoord (file, files, filons, filez, filent, filais, filait, filions, filiez, filaient, filai, filas, fila, filâmes, filâtes, filèrent, filerai, fileras, filera, filerons, filerez, fileront)
-
s'enfuir werkwoord
-
détaler werkwoord (détale, détales, détalons, détalez, détalent, détalais, détalait, détalions, détaliez, détalaient, détalai, détalas, détala, détalâmes, détalâtes, détalèrent, détalerai, détaleras, détalera, détalerons, détalerez, détaleront)
-
s'en aller en courant werkwoord
-
partir en coup de vent werkwoord
-
-
wegrennen (ontvluchten; vluchten; wegkomen; weglopen; ontsnappen aan; zich vrijmaken; ontkomen; ontglippen)
fuir; filer; partir en courant; ficher le camp; réussir à sortir; s'enfuir; s'échapper; s'évader; lever l'ancre-
fuir werkwoord (fuis, fuit, fuyons, fuyez, fuient, fuyais, fuyait, fuyions, fuyiez, fuyaient, fuîmes, fuîtes, fuirent, fuirai, fuiras, fuira, fuirons, fuirez, fuiront)
-
filer werkwoord (file, files, filons, filez, filent, filais, filait, filions, filiez, filaient, filai, filas, fila, filâmes, filâtes, filèrent, filerai, fileras, filera, filerons, filerez, fileront)
-
partir en courant werkwoord
-
ficher le camp werkwoord
-
réussir à sortir werkwoord
-
s'enfuir werkwoord
-
s'échapper werkwoord
-
s'évader werkwoord
-
lever l'ancre werkwoord
-
Conjugations for wegrennen:
o.t.t.
- ren weg
- rent weg
- rent weg
- rennen weg
- rennen weg
- rennen weg
o.v.t.
- rende weg
- rende weg
- rende weg
- renden weg
- renden weg
- renden weg
v.t.t.
- ben weggerend
- bent weggerend
- is weggerend
- zijn weggerend
- zijn weggerend
- zijn weggerend
v.v.t.
- was weggerend
- was weggerend
- was weggerend
- waren weggerend
- waren weggerend
- waren weggerend
o.t.t.t.
- zal wegrennen
- zult wegrennen
- zal wegrennen
- zullen wegrennen
- zullen wegrennen
- zullen wegrennen
o.v.t.t.
- zou wegrennen
- zou wegrennen
- zou wegrennen
- zouden wegrennen
- zouden wegrennen
- zouden wegrennen
diversen
- ren weg!
- rent weg!
- weggerend
- wegrennend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze