Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor water (Nederlands) in het Frans
water:
Vertaal Matrix voor water:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
eau | water |
Verwante woorden van "water":
Verwante definities voor "water":
Wiktionary: water
water
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• water | → eau; onde | ↔ Wasser — auch Plural möglich: siehe Plural 1, poetisch, gehoben: für Gewässer |
• water | → eau | ↔ Wasser — kein Plural: die chemische Verbindung (Diwasserstoffoxid), der Stoff H2O in flüssigem Aggregatzustand, die aus Wasserstoff und Sauerstoff zusammengesetzt ist |
• water | → eau | ↔ water — one of the four elements in alchemy |
wateren:
-
wateren (urineren; plassen)
faire pipi; pisser; uriner-
faire pipi werkwoord
-
pisser werkwoord (pisse, pisses, pissons, pissez, pissent, pissais, pissait, pissions, pissiez, pissaient, pissai, pissas, pissa, pissâmes, pissâtes, pissèrent, pisserai, pisseras, pissera, pisserons, pisserez, pisseront)
-
uriner werkwoord (urine, urines, urinons, urinez, urinent, urinais, urinait, urinions, uriniez, urinaient, urinai, urinas, urina, urinâmes, urinâtes, urinèrent, urinerai, urineras, urinera, urinerons, urinerez, urineront)
-
Conjugations for wateren:
o.t.t.
- water
- watert
- watert
- wateren
- wateren
- wateren
o.v.t.
- waterde
- waterde
- waterde
- waterden
- waterden
- waterden
v.t.t.
- heb gewaterd
- hebt gewaterd
- heeft gewaterd
- hebben gewaterd
- hebben gewaterd
- hebben gewaterd
v.v.t.
- had gewaterd
- had gewaterd
- had gewaterd
- hadden gewaterd
- hadden gewaterd
- hadden gewaterd
o.t.t.t.
- zal wateren
- zult wateren
- zal wateren
- zullen wateren
- zullen wateren
- zullen wateren
o.v.t.t.
- zou wateren
- zou wateren
- zou wateren
- zouden wateren
- zouden wateren
- zouden wateren
diversen
- water!
- watert!
- gewaterd
- waterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor wateren:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
faire pipi | plassen; urineren; wateren | |
pisser | plassen; urineren; wateren | |
uriner | plassen; urineren; wateren |
Verwante woorden van "wateren":
Wiktionary: wateren
wateren
wateren
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• wateren | → eaux | ↔ water — body of water, or specific part of it |
• wateren | → pleurer | ↔ water — to fill with or secrete water |
• wateren | → pipi | ↔ wee — to urinate |
• wateren | → uriner | ↔ urinieren — (intransitiv) Urin ausscheiden; Harn, Wasser lassen |