Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. waden:
  2. wad:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor waden (Nederlands) in het Frans

waden:

waden werkwoord (waad, waadt, waadde, waadden, gewaad)

  1. waden

Conjugations for waden:

o.t.t.
  1. waad
  2. waadt
  3. waadt
  4. waden
  5. waden
  6. waden
o.v.t.
  1. waadde
  2. waadde
  3. waadde
  4. waadden
  5. waadden
  6. waadden
v.t.t.
  1. heb gewaad
  2. hebt gewaad
  3. heeft gewaad
  4. hebben gewaad
  5. hebben gewaad
  6. hebben gewaad
v.v.t.
  1. had gewaad
  2. had gewaad
  3. had gewaad
  4. hadden gewaad
  5. hadden gewaad
  6. hadden gewaad
o.t.t.t.
  1. zal waden
  2. zult waden
  3. zal waden
  4. zullen waden
  5. zullen waden
  6. zullen waden
o.v.t.t.
  1. zou waden
  2. zou waden
  3. zou waden
  4. zouden waden
  5. zouden waden
  6. zouden waden
diversen
  1. waad!
  2. waadt!
  3. gewaad
  4. wadend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor waden:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
passer à gué waden doorwaden
traverser à gué waden

Verwante woorden van "waden":


Wiktionary: waden

waden
Cross Translation:
FromToVia
waden patauger wade — to walk through water or something that impedes progress
waden patauger; marcher waten — (intransitiv) im Wasser oder auf nachgebendem Untergrund langsam gehen, wobei die Beine bei jedem Schritt nacheinander angehoben werden

wad:

wad [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het wad
    le bas-fond

Vertaal Matrix voor wad:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bas-fond wad ondiepe

Verwante woorden van "wad":


Computer vertaling door derden: